In 1860 bouwde de Belgisch-Franse uitvinder Etienne Lenoir (1822-1900) een motor die gas als brandstof gebruikte. Het gas werd, vermengd met lucht, in de cilinder van de motor gezogen, samengeperst en door een vonkje tot explosie gebracht. Door de kracht van de explosie komt de zuiger in de cilinder in beweging en gaat de motor draaien. Omdat de brandstof (het gas) in de motor zelf wordt verbrand en in energie omgezet, wordt dit type motoren aangeduid als interne verbrandingsmotoren. Vooral bij wat kleinere bedrijven werd een gasmotor geïnstalleerd, omdat de motor relatief goedkoop, betrouwbaar en makkelijk te bedienen was. Een nadeel van de motor was dat er een aansluiting op een gasleiding noodzakelijk was. Dit is een gasmotor Crossley type J met gloeibuisontsteking. Gloeibuisontsteking is een primitieve manier om de ontsteking in een verbrandingsmotor tot stand te brengen. De ontsteking bestaat uit een metalen of porseleinen buis die gedeeltelijk in de cilinderkop steekt. De buis wordt buiten de motor roodgloeiend verhit door een vlam van een brander. Het gedeelte van de buis in de cilinderkop is hol. Het mengsel van brandstof en lucht kon daardoor in de buis stromen en ontbrandde wanneer het gloeiende gedeelte werd bereikt. De gloeibuisontsteking werd na 1900 steeds minder toegepast.

Objectgegevens

  • Deelcollectie: Stoommachines & motoren
  • Objectnummer: 061905
  • Objectnaam: gasmotor,
  • Vervaardiger: Crossley Motors Ltd.
  • Datering van: 1901
  • Datering tot: 1901
  • Materiaal: messing
  • Afmetingen: lengte 130 cm, breedte 90 cm, hoogte 83 cm,
  • Duurzame link